Trend voorkomen dementie
Jaarprevalentie en aantal nieuwe gevallen dementie 2011-2018
Jaar | Nieuwe gevallen, mannen | Nieuwe gevallen, vrouwen | Prevalentie, mannen | Prevalentie, vrouwen | Nieuwe gevallen, mannen (absoluut) | Nieuwe gevallen, vrouwen (absoluut) | Prevalentie, mannen (absoluut) | Prevalentie, vrouwen (absoluut) |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2011 | 100 | 100 | 100 | 100 | 8.900 | 16.700 | 35.000 | 64.700 |
2012 | 93 | 89 | 103 | 102 | 8.600 | 15.200 | 37.200 | 66.900 |
2013 | 81 | 77 | 92 | 93 | 7.700 | 13.300 | 34.500 | 62.200 |
2014 | 72 | 76 | 91 | 93 | 7.100 | 13.400 | 35.600 | 63.100 |
2015 | 79 | 79 | 95 | 97 | 8.200 | 14.200 | 38.300 | 67.300 |
2016 | 86 | 85 | 90 | 94 | 9.300 | 15.500 | 38.000 | 66.400 |
2017 | 70 | 66 | 94 | 96 | 7.900 | 12.200 | 41.200 | 69.400 |
2018 | 72 | 65 | 98 | 95 | 8.400 | 12.400 | 44.400 | 69.800 |
- ICPC-code P70
- Gestandaardiseerd naar de bevolking van Nederland in 2011
- Geïndexeerd (2011 is 100)
- De absolute cijfers (niet-gestandaardiseerd) zijn zichtbaar in de tabelweergave.
Aantal nieuwe gevallen dementie afgenomen
Het aantal nieuwe gevallen van dementie is over de gehele periode 2011-2018 voor zowel mannen als vrouwen met ongeveer 30% gedaald. De weergegeven trend is gecorrigeerd voor veranderingen in de omvang en leeftijdsopbouw van de bevolking (standaardisatie).
Het per jaar geschatte en ongecorrigeerde aantal nieuwe gevallen van dementie is over de gehele periode 2011-2018 eveneens afgenomen. Voor mannen nam het aantal af van 8.900 in 2011 naar 8.400 in 2018. Voor vrouwen is het aantal afgenomen van 16.700 in 2011 naar 12.400 in 2018 (absolute aantallen zichtbaar in de tabelweergave).
Prevalentie dementie vrijwel constant
In de periode 2011-2018 was het aantal mensen met dementie dat bekend was bij de huisarts (jaarprevalentie) vrijwel constant, voor zowel mannen als vrouwen. Deze trend is gecorrigeerd voor veranderingen in de omvang en leeftijdsopbouw van de bevolking (standaardisatie).
Het per jaar geschatte en ongecorrigeerde aantal mensen met dementie dat bekend was bij de huisarts is voor mannen toegenomen van 35.000 in 2011 naar 44.400 in 2018. Voor vrouwen is dit aantal toegenomen van 64.700 in 2011 naar 69.800 in 2018 (absolute aantal zichtbaar in de tabelweergave).
Prevalentie dementie tussen 1991 en 2014 gestegen
De gestandaardiseerde jaarprevalentie van dementie is in de periode 1991-2014 voor mannen bijna verdubbeld en voor vrouwen met ongeveer 65% gestegen. Deze trend is gebaseerd op de huisartsenregistratie RNH-Limburg (zie: Trend jaarprevalentie en nieuwe gevallen dementie 1991-2014 (PDF; 97 KB)).
Meer informatie
Datum publicatie
Trend in sterfte door dementie
Sterfte aan dementie 1996-2019
Jaar | Mannen (vóór 2013) | Vrouwen (vóór 2013) | Mannen (vanaf 2013) | Vrouwen (vanaf 2013) | Mannen (absoluut) | Vrouwen (absoluut) |
---|---|---|---|---|---|---|
1996 | 100 | 100 | 1.141 | 3.310 | ||
1997 | 98 | 103 | 1.143 | 3.499 | ||
1998 | 100 | 103 | 1.182 | 3.534 | ||
1999 | 107 | 113 | 1.286 | 3.970 | ||
2000 | 110 | 114 | 1.356 | 4.049 | ||
2001 | 116 | 122 | 1.459 | 4.431 | ||
2002 | 141 | 138 | 1.818 | 5.085 | ||
2003 | 147 | 139 | 1.935 | 5.173 | ||
2004 | 139 | 137 | 1.870 | 5.179 | ||
2005 | 139 | 133 | 1.947 | 5.118 | ||
2006 | 145 | 142 | 2.097 | 5.650 | ||
2007 | 132 | 131 | 1.999 | 5.325 | ||
2008 | 144 | 143 | 2.243 | 5.948 | ||
2009 | 140 | 140 | 2.294 | 5.981 | ||
2010 | 150 | 149 | 2.540 | 6.519 | ||
2011 | 146 | 147 | 2.577 | 6.641 | ||
2012 | 157 | 164 | 2.908 | 7.573 | ||
2013 | 213 | 189 | 4.099 | 8.924 | ||
2014 | 201 | 183 | 4.033 | 8.840 | ||
2015 | 220 | 198 | 4.615 | 9.769 | ||
2016 | 235 | 204 | 5.133 | 10.275 | ||
2017 | 232 | 210 | 5.264 | 10.737 | ||
2018 | 242 | 215 | 5.702 | 11.141 | ||
2019 | 231 | 201 | 5.667 | 10.602 |
Bron: CBS Doodsoorzakenstatistiek (gedownload van CBS StatLine in juli 2020)
- ICD-10-codes F00-F03 en G30-G31
- Gestandaardiseerd naar de bevolking van Nederland in 2019
- Geïndexeerd (1996 is 100)
- De sterftecijfers vanaf 2013 zijn niet goed vergelijkbaar met eerdere jaren, omdat het CBS is overgestapt van handmatig naar automatisch coderen (zie tekst en Verantwoording).
Sterfte door dementie gestegen
In de periode 1996-2012 is de sterfte als gevolg van dementie voor zowel mannen als vrouwen met ruim de helft toegenomen. In de periode 2013-2018 is de sterfte verder toegenomen. In 2019 lijkt er een lichte daling te zijn (voorlopige cijfers). De weergegeven trends zijn gecorrigeerd voor veranderingen in de omvang en leeftijdssamenstelling van de bevolking (standaardisatie). De toename in de absolute sterfte (niet gestandaardiseerd) is veel groter. Voor mannen is de absolute sterfte ruim 2,5 keer toegenomen, van 1.141 in 1996 naar 2.908 in 2012. Voor vrouwen is de absolute sterfte iets minder dan 2,5 keer toegenomen, van 3.310 in 1996 naar 7.573 in 2012. In de periode 2013-2018 is de absolute sterfte verder toegenomen, gevolgd door een lichte daling in 2019 (voorlopige cijfers). In 2019 overleden 5.667 mannen en 10.602 vrouwen als gevolg van dementie.
Trend beïnvloed door gewijzigde codering doodsoorzaak
Vanwege veranderingen in de codeerregels in de CBS Doodsoorzakenstatistiek zijn geen cijfers van vóór 1996 opgenomen. Door deze veranderingen in de codeerregels is mogelijk ook de stijging te verklaren tussen 1998 en 2002. Een andere mogelijke verklaring is dat de aandacht voor dementie in deze jaren toenam en het daarom ook vaker als doodsoorzaak werd genoemd.
In 2013 is het CBS is overgestapt van handmatig naar automatisch coderen. De invoer van automatisch coderen ging gepaard met de invoer van een ICD-10-update. Vóór 2013 werden longontstekingen en urineweginfecties als onderliggende doodsoorzaak gecodeerd, tenzij er op het doodsoorzakenformulier expliciet een relatie werd gelegd met een andere doodsoorzaak. Vanaf 2013 worden longontsteking en urineweginfecties gezien als het gevolg van een andere aandoening (zoals dementie), tenzij het doodsoorzakenformulier anders vermeldt. De update heeft geleid tot een verschuiving ten gunste van dementie als doodsoorzaak.
Percentage mensen dat met dementie thuis overlijdt is gestegen
Van de mensen die ten gevolge van dementie overlijden, is het aandeel dat in een zorginstelling overlijdt sinds 2003 afgenomen. In 2003 was dit 92,5% en in 2016 89,8%. Het percentage dat thuis overlijdt is gestegen van 3,9% in 2003 tot 6,5% in 2016 en het percentage dat overlijdt in een ziekenhuis is ongeveer gelijk gebleven (Bron: CBS Doodsoorzakenstatistiek). Opgemerkt moet worden dat het hier gaat om personen met als onderliggende doodsoorzaak dementie. Personen met dementie bij wie als onderliggende doodsoorzaak een andere aandoening is geregistreerd, zijn hier niet meegenomen.
Meer informatie
Datum publicatie
Toekomstige trend dementie door demografische ontwikkelingen
Verwachte stijging aantal mensen met dementie door alleen demografie
Op basis van uitsluitend demografisch ontwikkelingen zal het absoluut aantal mensen met dementie (jaarprevalentie) in de periode 2015-2040 naar verwachting met 115% stijgen. De verwachte stijging bedraagt 150% voor mannen en 94% voor vrouwen. Omdat dementie een ziekte is die vooral bij ouderen voorkomt, leidt vergrijzing van de bevolking tot een toename van het absoluut aantal mensen met dementie. De toename zal groter of kleiner kunnen zijn door veranderingen in factoren die de kans op het ontstaan van dementie beïnvloeden (epidemiologische ontwikkelingen). De toekomstige trend op basis van epidemiologische ontwikkelingen is niet gekwantificeerd.