Zorguitgaven borstkanker naar sector
Zorguitgaven borstkanker 2017
Zorgsector | Mannen | Vrouwen |
---|---|---|
Ziekenhuiszorg | 3,5 | 704,9 |
Openbare zorg en preventie | 0,0 | 73,6 |
Ouderenzorg | 0,1 | 27,5 |
Beheer | 0,1 | 25,0 |
Genees- en hulpmiddelen | 0,0 | 23,0 |
Overig | 0,0 | 12,4 |
Bron: Kosten van Ziekten
- Geraamde cijfers
- ICD-10-code: C50
Zorguitgaven voor borstkanker 870 miljoen euro in 2017
In 2017 bedroegen de zorguitgaven voor borstkanker in totaal 870 miljoen euro. Dat komt overeen met 14,8% van de totale zorguitgaven voor nieuwvormingen en 1,0% van de totale kosten van de gezondheidszorg in Nederland. In 2017 ging 81,4% van de zorguitgaven voor borstkanker naar ziekenhuiszorg. De openbare gezondheidszorg (inclusief preventieve zorg) was verantwoordelijk voor 8,5%. Deze uitgaven gingen vooral naar het bevolkingsonderzoek van borstkanker.
Meer informatie
Datum publicatie
Zorguitgaven borstkanker naar leeftijd en geslacht
Zorguitgaven borstkanker 2017
Leeftijd | Mannen | Vrouwen |
---|---|---|
0 | 0,0 | 0,0 |
1-4 | 0,0 | 0,0 |
5-9 | 0,0 | 0,0 |
10-14 | 0,0 | 0,0 |
15-19 | 0,0 | 0,2 |
20-24 | 0,0 | 0,5 |
25-29 | 0,0 | 4,3 |
30-34 | 0,0 | 12,7 |
35-39 | 0,0 | 23,6 |
40-44 | 0,2 | 44,3 |
45-49 | 0,1 | 84,6 |
50-54 | 0,2 | 138,2 |
55-59 | 0,3 | 127,3 |
60-64 | 0,5 | 126,9 |
65-69 | 0,8 | 121,4 |
70-74 | 0,6 | 96,9 |
75-79 | 0,6 | 43,4 |
80-84 | 0,3 | 24,7 |
85-89 | 0,1 | 12,2 |
90-94 | 0,0 | 4,5 |
95+ | 0,0 | 0,7 |
Bron: Kosten van Ziekten
- Geraamde cijfers
- ICD-10-code: C50
Klein deel zorguitgaven voor mannen
De meeste zorguitgaven gaan naar de zorg voor vrouwen, maar er gaat ook 3,5 miljoen euro (0,4%) naar de zorg voor mannen. De totale zorguitgaven voor borstkanker bedraagt 870 miljoen euro. De uitgaven voor borstkanker lopen op tot en met het 69ste levensjaar, en namen daarna weer af. Alleen in de leeftijdscategorie 50 tot en met 54 jaar is een extra piek te zien. Deze piek wordt mogelijk veroorzaakt doordat vrouwen vanaf hun vijftigste levensjaar worden uitgenodigd voor de borstkankerscreening. Het aantal nieuwe gevallen op het vijftigste levensjaar zal hierdoor enigszins verhoogd zijn, omdat bij het bevolkingsonderzoek tumoren aan het licht kunnen komen die in de jaren voorafgaand aan het vijftigste levensjaar nog niet zijn ontdekt.
Meer informatie